Noodwiel, thuiskomer, ruimtebesparend reservewiel… Het maakt niet uit hoe je zo’n ding noemt. Hoop alleen wel dat zo’n wiel voor altijd op zijn plek onder de kofferbak blijft liggen. Niet omdat een auto met deze noodoplossing slecht zou rijden. Want de rij-eigenschappen van een auto met een ‘thuiskomer’ vallen vaak reuze mee. Dat blijkt uit verschillende tests. Maar met een probleem blijf je altijd zitten. Als je lek rijdt en je moet met de thuiskomer verder, waar laat je dan die brede 205/55 R16 91W- band?
In de ruimte waar je zojuist het ‘ruimtebesparende reservewiel’ hebt geplukt, past hij niet. Dat wordt een lekker verhaaltje als je met moeder de vrouw of vader de man, drie kinderen op de achterbank en een volledige kampeeruitrusting in de kofferbak terugkomt van een weekendje Slagharen. In dat geval is het iene-miene-mutten op de achterbank. Goede kans dat de kleine Pjotr het vieze zware wiel met de lekke band op zijn kleine beentjes krijgt gedumpt tot aan huis. Als je niet ver hoeft, overleeft de kleine het wel.
Maar het begrip ‘thuiskomen’ wordt gevaarlijk als je in het Noord Italiaanse Aostadal lek rijdt en je stulpje in Vlagtwedde staat. Dan betekent ‘thuis’ toch echt de eerste de beste Italiaanse bandenboer waar je je band kunt laten plakken of vervangen. Maar verder spreek ik geen kwade woorden over noodwielen. Ze doen hun werk vrij aardig. Bovendien heb ik jarenlang probleemloos op vier thuiskomers tegelijk gereden. Want de banden van mijn Eend hadden ook een ‘bandbreedte’ van 125.
Adriaan Huigen.